In april 2013 heeft de Gemeenteraad het “Speelruimteplan Meppel: buiten spelen, bewegen en ontmoeten!” aangenomen. Nu lijkt er concurrentie te bestaan tussen het aantal speelplaatsen in de openbare ruimte en het aantal speelplaatsen op schoolpleinen. GroenLinks vindt dit niet genoeg, en ook niet overeenkomstig het speelruimteplan. Hans Kuipers en Willie Oldengarm hebben schriftelijke vragen gesteld aan het College van B&W.
Toelichting:
Op 25 april 2013 heeft de Gemeenteraad het “Speelruimteplan Meppel: buiten spelen, bewegen en ontmoeten!” aangenomen. De eerste twee besluitpunten zijn:
- Het speelruimteplan vast te stellen.
- Het College op te dragen de scenariovariant/adviessituatie uit het speelruimteplan uit te voeren.
Van inwoners ontvingen wij een brief van de gemeente, onderwerp “locatiekeuze speelplekken” met bijgaand stemformulier. Bewoners uit de buurt (in dit geval Wilhelminastraat en omgeving) kunnen hun stem uitbrengen voor twee speellocaties uit vijf mogelijke locaties in de buurt. Zij hebben daarvoor één week de tijd, die overigens in de herfstvakantie valt.
De mogelijke locaties zijn de volgende:
A = Wilhelminastraat noord, ter hoogte van huisnummer 5
B = Wilhelminastraat midden, ter hoogte van huisnummer 57
C = Brocades, ter hoogte van huisnummer 3
D = schoolplein Toermalijn, Julianastraat 22
E = schoolplein Stadskwartier, Catharinastraat 9
Twee van deze locaties zijn schoolpleinen. In deel II, “Speelruimte analyse” van het speelruimteplan worden schoolpleinen niet in zijn algemeenheid benoemd als mogelijke speellocaties in de zin dat deze “concurreren” met aantallen speelplaatsen in de openbare ruimte. Dit gebeurt wel op enkele specifieke locaties onder specifieke voorwaarden.
In het huidige voorbeeld wordt concreet geadviseerd om de speelplaats Brocades en één speelplaats aan de Wilhelminastraat specifiek in te richten voor kinderen. Schoolpleinen worden in desbetreffende paragraaf niet genoemd.
In het bijbehorende raadsvoorstel lezen wij: “De inzet is dat schoolpleinen buiten schooltijd openbaar toegankelijk zijn als speelplek, en dat de gemeente tot een bepaald maximum het beheer van de toestellen voor haar rekening neemt.”
De fractie van GroenLinks kan uit het speelruimteplan niet afleiden dat er concurrentie bestaat tussen het aantal speelplaatsen in de openbare ruimte en het aantal speelplaatsen op schoolpleinen. In de Wilhelminastraat en omgeving wordt in de scenariovariant/adviessituatie zelfs geadviseerd twee speelplaatsen in de openbare ruimte in stand te houden en geschikt te maken voor een bepaalde doelgroep.
Uit het citaat van het raadsvoorstel concluderen wij dat het streven is schoolpleinen altijd toegankelijk te maken als speelplek, en niet dat openstelling ten koste zou gaan van het aantal speellocaties in de openbare ruimte.
Tevens vinden wij een reactietermijn van een week op een enquête, die ook nog in de herfstvakantie valt, te kort.
Naar aanleiding hiervan hebben wij een aantal vragen. Wij verzoeken u deze vragen schriftelijk te beantwoorden.
Vragen aan het College van Burgemeester & Wethouders:
- Bent u het met ons eens dat een reactietermijn van een week, die ook nog in de herfstvakantie valt, op een enquête te kort is?
- Zo ja, wat gaat u in dit geval en in de toekomst doen om inwoners een redelijke termijn te geven om hun opinie kenbaar te maken?
- Klopt het dat er concurrentie bestaat tussen het aantal speelplaatsen in de openbare ruimte en het aantal speelplaatsen op schoolpleinen?
- Zo ja, op basis van welke passages in het Speelruimteplan is dit?
- Zo nee, hoe moeten wij de mogelijke locaties die aan de inwoners zijn voorgelegd verklaren?
- Zo nee, gaat u de inwoners een nieuwe enquête voorleggen met uitsluitend locaties uit de scenariovariant/adviessituatie?
- Is onze conclusie juist dat het streven is schoolpleinen altijd toegankelijk te maken als speelplek, en niet dat openstelling ten koste gaat van het aantal speellocaties in de openbare ruimte?
- Zo nee, waarom niet?
Namens de fractie van GroenLinks,
Hans Kuipers
Willie Oldengarm